Lokale heffingen

De rioolheffing wordt geheven van gebruikers van woningen en van niet-woningen van waaruit water direct of indirect op de gemeentelijke riolering of op een Individuele Behandeleenheid Afvalwater (IBA) wordt afgevoerd. Deze heffing wordt geheven ter bestrijding van de gemeentelijke kosten voor de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater en de inzameling en verwerking van hemelwater maar ook voor het treffen van maatregelen ter behoud van de gewenste grondwaterstand.

De rioolheffing wordt opgelegd aan de gebruiker van een perceel op basis van het aantal m3 afvalwater dat geloosd wordt op de gemeentelijke riolering.

De tariefstelling is gestaffeld: voor de eerste 400 m3 betaalt men in 2026 het basisbedrag
€ 242,16 (2025: € 231,12). Voorbij 400 m3 is er een gestaffelde degressieve tariefstelling van toepassing.

Het basisbedrag is voor 2026 met 2,6% geïndexeerd en vervolgens nog eens met € 5,00 nominaal verhoogd. Dit op basis van het raadsbesluit van 25 juni 2025 waarbij de raad heeft besloten om met ingang van 1 januari 2026 het programma GroenBlauw in werking te laten treden. Daarmee komt met ingang van diezelfde datum het herhaaldelijk verlengde Gemeentelijke Rioleringsplan 2017-2021 te vervallen. Ter zake van de kostendekking rioolbeheer is daarbij door de raad tevens het besluit genomen om naast de jaarlijkse indexering (2026: 2,6%) tevens jaarlijks een nominale verhoging van het basistarief van € 5,00 toe te passen. Met ingang van 2028 bedraagt die jaarlijkse nominale verhoging dan € 10,00.

De gemeente Weert kent circa 24.000 woningen en 2.500 niet-woningen. In totaal vallen circa 25.500 van deze gebouwen onder het basisbedrag tot 400 m3. De heffing van het basisbedrag genereert al 90% van de begrote opbrengst rioolheffing.

De tarieven zijn 100% kostendekkend.